Dom Aachen

Het bouwwerk is voortgekomen uit de hofkerk van Karel de Grote, die deel uitmaakte van de oorspronkelijke Akener koningspalts. Het centrale achthoekige gedeelte, dat thans als het schip van de kerk fungeert, werd tussen 796 en 804 gebouwd naar Byzantijnse voorbeelden. Karel de Grote werd hier in 814 begraven. Nadat de paus Karel de Grote, op voorspraak van Frederik Barbarossa, in 1165 heilig verklaard had, kwam een stroom van pelgrims naar de kerk op gang. Hierom werd in 1355 een gotische koorhal gebouwd en een tweedelige Capella vitrea (glazen kapel). Deze werd ingewijd op de 600ste sterfdag van Karel. De koepel, een aantal kapellen en de toren werden op latere tijdstippen toegevoegd. Otto I was de eerste van dertig koningen die in deze dom werden gekroond. De Barbarossaluchter is een 12-eeuwse kroonluchter, een geschenk van Frederik Barbarossa. Het Marienschrein en het Karlschrein zijn twee reliekschrijnen uit de late 12e, vroege 13e eeuw, die tot de topstukken van Maaslandse edelsmeedkunst behoren. De belangrijkste relikwieën van de kerk worden bewaard in het Mariaschrijn. Hierin bevinden zich volgens de traditie de windselen en de lendendoek van Jezus Christus, de tuniek van Maria en de onthoofdingsdoek van Johannes de Doper. (Bron: Wikipedia)